Wijn is rosé en komt uit de Provence. Voor de kenners onder ons is het bovenstaande acroniem een elegante verdraaiing van de: Wijn is rood en komt uit Frankrijk (Wirekuf). Ik lieg echter niet als ik zeg dat rosé uit Frankrijk komt en om precies te zijn uit de Provence en het is ook precies waar deze rosé zijn wieg heeft gestaan. De lichte kleur van de hedendaagse rosé komt door de dezelfde masterclasses, die alle wijnmakers uit Europa, die rose willen maken, tegenwoordig volgen, maar was van oorsprong een kenmerk van Provençaalse rosé’s . De BIO rosé van Rousset wordt gemaakt van Grenache, Cabernet Sauvignon, Rolle en een beetje Muscaat. In de neus fruittonen, een hintje bloesem (ik vermoed dat dit van de Mucaat afkomt) en mineraliteit. In de mond zachte smaaknuances van steenfruit, witte grapefruit en witte bloesem die overloopt in rondeur en fraaie mineraliteit. Kortom een verdomd goed en knap gemaakt glas Provençaalse rosé, BIO & keurig geprijsd. Tot zover het min of meer standaard sjabloon van een wijnrecensie. Wat bepaalt nu, mijns inziens ten principale, de kern van een Provençaalse rosé? Als je wel het fruit en een beetje karakter van de druifschil wil, maar vooral de druifsoorten en het terroir aan het woord wil laten komen, dan maak je rosé zoals in de Provence. Provençaalse rosé is de meest onderschatte wijn betreffende wijn-spijs combinaties, mits op de correcte temperatuur van 10 graden geserveerd is het bijna een alleskunner. Hoe komt dat dan? Dat komt door de lange en rijke ervaring die Provençaalse wijnmakers hebben met het maken van rosé en met name hun keuze tot het blenden van verschillende rode en witte druifsoorten met altijd als onuitgesproken voorwaarde om de structuur van de wijn laten bepalen door de mineraliteit van het terroir. Kortom: Een goed glas Provençaalse rosé is een wijn met traditie en pretentie: Een serieus glas wijn dus.
